Onzeker of emissiearme stallen doen wat ze beloven

07 SEP 2022 10:15 | Raad van State

Het is onzeker of emissiearme melkveestallen in de praktijk doen wat ze beloven, terwijl zekerheid volgens Europese natuurbeschermingsregels wel vereist is bij het verlenen van natuurvergunningen. Dit blijkt uit uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag (7 september 2022) over drie melkveehouderijen in de provincie Utrecht. De uitbreiding van deze melkveehouderijen is daarmee voorlopig van de baan. De rechtbank Midden-Nederland kwam in september vorig jaar tot hetzelfde oordeel.

Wetenschappelijke onderzoeken

Uit twee wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat de stikstofuitstoot uit emissiearme stallen waarschijnlijk hoger is dan waarvan in de regelgeving wordt uitgegaan. De rekenwaarden (zogenoemde emissiefactoren) die worden gebruikt om de stikstofuitstoot te berekenen, bieden daarom te weinig zekerheid dat de natuur geen schade oploopt.

Gevolg van de uitspraken

Bij het verlenen van nieuwe natuurvergunningen voor stallen die in deze zaken centraal staan, de types A1.13 en A1.28, mag daarom geen gebruik meer worden gemaakt van deze emissiefactoren. Dat betekent dat melkveehouderijen met dit type stal alleen een natuurvergunning kunnen krijgen als uit een zogenoemde passende beoordeling blijkt dat de natuur geen schade oploopt.

De Afdeling bestuursrechtspraak realiseert zich dat hierdoor de vergunningverlening in de melkveesector nog verder wordt bemoeilijkt, maar de strenge Europese natuurbeschermingsregels waaraan Nederland zich heeft gebonden, laten een andere uitkomst niet toe. Het is daarom belangrijk dat het door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangekondigde onderzoek naar de effectiviteit van emissiearme stallen, snel duidelijkheid biedt.

Niet de vereiste zekerheid

Er mag op grond van de Europese natuurbeschermingsregels alleen toestemming worden gegeven voor (uitbreiding van) een melkveehouderij als zeker is dat beschermde natuur daardoor geen schade oploopt. Die vereiste zekerheid wordt nu gezocht door de verwachte stikstofuitstoot van melkveestallen te berekenen met behulp van de emissiefactoren uit de Regeling ammoniak en veehouderij. Maar uit een rapport van het Centraal Bureau voor de Statistiek dat gecontroleerd is door de Commissie Deskundigen Meststoffenwet blijkt dat moet worden getwijfeld aan die emissiefactoren. Ze zouden de stikstofuitstoot van emissiearme stallen in werkelijkheid flink onderschatten. Zolang er twijfel bestaat over de effectiviteit van emissiearme stallen kan de stikstofuitstoot niet met de vereiste zekerheid in kaart worden gebracht.

Emissiearme stallen

Er zijn verschillende soorten emissiearme melkveestallen. Het zijn stallen die door de inzet van technische innovaties minder stikstof zouden moeten uitstoten dan ‘gewone’ melkveestallen. Voor de berekening van de stikstofuitstoot van emissiearme stallen gelden daarom lagere emissiefactoren. Deze zijn gebaseerd op metingen bij proefstallen. Twee natuurorganisaties, Coöperatie Mobilisation for the Environment en Vereniging Leefmilieu, voerden in de procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak aan dat emissiefactoren de werkelijke stikstofuitstoot onderschatten.

Andere soorten emissiearme stallen

In de uitspraken van vandaag gaat het alleen om twee soorten emissiearme stallen, de types A1.13 en A1.28. De uitspraken hebben tot gevolg dat emissiefactoren voor deze typen stallen niet meer mogen worden gebruikt voor het verlenen van natuurvergunningen. De uitspraken gaan niet over andere emissiearme stalsystemen in de melkveesector en ook niet over emissiearme stallen in de pluimvee- en varkenssector.

Beweiden en bemesten

Het gaat in deze uitspraken om melkveehouderijen die hun vee niet weiden. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft deze zaken op 14 juni 2022 op een rechtszitting behandeld samen met vijf andere melkveehouderijzaken uit de provincie Utrecht. In die vijf zaken speelt ook de vraag hoe de stikstofuitstoot bij het weiden van vee moet worden beoordeeld. In die vijf zaken zal de Afdeling bestuursrechtspraak in het vierde kwartaal van 2022 uitspraak doen. Bekijk ook de speciale themapagina over stikstof op de website van de Raad van State.

Voor meer informatie over de uitspraak en/of de procedure kun je contact opnemen met mr. Wendy van der Sluijs via 070 – 426 4812 of 06 – 23 31 75 06 of met Marijn van Bronkhorst via 070 - 426 4968 of 06 - 11 64 22 16. Bekijk ook onze speciale themapagina over stikstof: https://www.raadvanstate.nl/stikstof/

Meer binnen deze rubriek