Dit is een expertquote in het kader van ANP Expert Support. U kunt dit bericht, of delen hiervan gebruiken op uw kanalen, met vermelding van Sophie Kraaijeveld, ING. Aanleiding: Wonen bij de boer, minder regels en extra verdiepingen op daken: oplossing van woningtekort hangt niet op nieuwbouw
Het woningtekort in Nederland is hoog. Bijbouwen is het devies van de Nederlandse overheid. Voor 2030 moeten 900.000 woningen worden gerealiseerd. Maar bijbouwen is slechts een deel van de oplossing. Woningdelen kan een goede bijdrage leveren om het woningtekort te verlichten. Om dat te bereiken moet wet- en regelgeving minder belemmerend werken dan nu het geval is.
Volgens het CBS is het gemiddelde woonoppervlak in Nederland 53 m² per persoon. Dat is ruim. Ter vergelijking: in 1900 woonden gemiddeld 5 mensen in een woning van nog geen 50 m². Dat Nederlanders steeds ruimer wonen komt doordat het aantal eenpersoonshuishoudens gestegen is. Door scheidingen en de toenemende vergrijzing worden steeds meer mensen alleenstaand. Een eenpersoonshuishouden heeft in verhouding meer woonoppervlak, omdat gezamenlijke ruimten zoals de keuken niet met meerdere personen worden gedeeld.
Het aantal eenpersoonshuishoudens bedraagt nu bijna 40 procent van het totaal aantal huishoudens. Dat was in 2000 nog 33 procent. Deze eenpersoonshuishoudens wonen in kleine studio’s, maar kunnen ook in appartementen of villa’s wonen. Door deze woningen met meerdere personen te bewonen wordt de bestaande woningvoorraad beter benut.
Uit onderzoek van Sprinco Urban blijkt dat er theoretisch gezien ruimte is voor drie miljoen meer inwoners zonder dat extra bijgebouwd hoeft te worden. Praktisch gezien gaat deze oppervlakte natuurlijk niet helemaal ingevuld worden, maar het illustreert wel goed hoe ruim we als Nederlanders wonen.
Kennis- en netwerkorganisatie Platform31 onderscheidt vier vormen van woningdelen zonder het voeren van een gezamenlijk financieel huishouden: 1. inwonen (wonen bij een hospita), 2. onderhuur (huurder verhuurt en woont er zelf niet), 3. friendswonen (vrienden die samen een huurcontract delen) en 4. verkamering (afzonderlijk verhuren van meerdere kamers in een woning). Al deze vormen dragen bij aan het intensiever benutten van de bestaande woningvoorraad.
Maar de huidige wet- en regelgeving belemmert woningdelen. Gemeenten stellen met de Huisvestingswet zelf regels op voor het delen van woningen. Deze regelgeving is ingesteld om problemen als overlast te voorkomen. Dat is begrijpelijk, maar zorgt ook voor minder woonplekken. Met het risico dat de goedwillenden leiden onder het gedrag van de kwaadwillenden. Niet iedere student zorgt voor overlast.
Platform 31 geeft verschillende suggesties om woningdelen aantrekkelijker te maken voor woningzoekenden. Bijvoorbeeld door meer verkamering toe te staan met maatwerk. Wat mij betreft verdienen goede ideeën voor woningdelen meer aandacht. Want excessen willen we voorkomen, maar de huidige regels belemmeren wel een betere benutting van het beschikbare woonoppervlak in Nederland.
Dit is een expertquote van Sophie Kraaijeveld, sector Banker Real Estate, ING Nederland.