'Groot aantal knieblessures bij sporten noopt tot meer preventie'

Voetballer Sergiño Dest van PSV liep afgelopen week een zware knieblessure op en is waarschijnlijk lange tijd uit de roulatie. Het oplopen van een knieblessure is helaas geen uitzondering.  

In 2022 ontstonden er naar schatting 1,2 miljoen knieblessures tijdens het sporten; bijna één vierde van het totaal aantal sportblessures. Knieblessures verschillen in gradatie van licht tot ernstig. Ruim twee derde van deze blessures (69 procent) is dermate ernstig dat de sporter tijdelijk niet kan sporten. De duur van het verzuim loopt uiteen. Zo komt het gemiddelde sportverzuim per knieblessure neer op 17 dagen. Bij ernstige knieblessures, zoals een voorste kruisbandruptuur, duurt het herstel veel langer. Een knieblessure is voor veel sporters helaas ook een reden om te stoppen met sporten.  

Door de vele knieblessures rijst de vraag of preventie niet mogelijk is. Hoewel er effectieve preventieve oefenprogramma’s zijn, wordt preventie nog maar weinig toegepast. Om preventieprogramma’s goed in te kunnen zetten, is het voor sportonderzoekers belangrijk om risicogroepen voor knieblessures in Nederland beter in kaart te brengen. De 1,2 miljoen knieblessures ontstaan namelijk niet alleen bij voetbal. Vervolgens is het noodzaak om de preventieve programma’s verder af te stemmen op specifieke risicogroepen. Ernstig letsel voorkomen is immers beter dan genezen.