De Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS) hoefde een arts niet opnieuw in te schrijven in het register van huisartsen. Hij was al langere tijd werkzaam als gevangenisarts maar voldeed volgens de RGS niet meer aan de voorwaarden voor herregistratie als huisarts, reden om zijn verzoek daartoe te weigeren. De Afdeling bestuursrechtspraak geeft de RGS daar in een uitspraak van vandaag (7 november 2018) gelijk in en bevestigt daarmee een eerdere uitspraak van de rechtbank.
Niet aan wettelijke voorwaarden voldaan
Een huisarts moet zich iedere vijf jaar opnieuw laten registreren in het huisartsenregister. Die registratie geeft de bevoegdheid om de huisartsgeneeskunde over de volle breedte uit te oefenen. Een arts moet daarbij voldoen aan de voorwaarden uit het Besluit herregistratie specialisten en het Besluit huisartsgeneeskunde. Zo moet de arts 'in voldoende mate werkzaam zijn als huisarts', wat er in dit geval op neerkomt dat hij naast zijn werk als gevangenisarts minimaal acht uur per week als huisarts werkzaam is in een huisartsenpraktijk. De arts in deze zaak was dat niet, omdat hij tussen april 2011 en april 2016 uitsluitend werkzaam was als gevangenisarts. De regelgeving maakt een uitdrukkelijk onderscheid tussen de werkzaamheden van een huisarts en die van een gevangenisarts. De arts voldoet daarom niet aan de voorwaarden voor herregistratie, oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak.
Huisarts en gevangenisarts
Er zijn ook geen andere gronden waarom de RGS de arts opnieuw als huisarts moest registreren. Zo zijn er 'relevante verschillen' tussen het werk als gevangenisarts en huisarts. Als gevangenisarts heeft hij te maken gehad met een geselecteerde groep patiënten, die vooral uit mannelijke gedetineerden bestaat. Hij heeft niet of in mindere mate kinderen, jongeren, ouderen en vrouwen behandeld. De werkzaamheden als gevangenisarts zijn daarmee 'hoewel deels vergelijkbaar met die van een huisarts, beperkter en specialistischer van aard', aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.
Afweging van belangen
Hoewel hij ruime ervaring heeft als arts en hij zijn vak in de toekomst alleen nog als gevangenisarts wil uitoefenen, zou de herregistratie de arts wel de bevoegdheid geven om het huisartsenvak in de volle breedte uit te oefenen. Naar het oordeel van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft de RGS een zwaarder belang kunnen hechten aan handhaving van de wettelijke regels dan aan de persoonlijke omstandigheden van de arts.
Dit is een origineel bericht van Raad van State
Ga naar alle berichten van deze organisatie.
25 DEC 2024
24 DEC 2024