De prijs voor een liter Euro95 benzine steeg afgelopen maand met bijna een dubbeltje en is nu zelfs op het hoogste niveau in drie jaar tijd. ”Niet ver van het prijs record van € 1,87 uit het jaar 2012”, aldus Paul van Selms van UnitedConsumers.
Vooral stijgende ruwe olieprijzen zorgen ervoor dat de prijs aan de pomp omhoog gaat. Gaat de prijs aan de pomp straks door het dak en wordt autorijden onbetaalbaar? Of gaat hij weer net zo hard omlaag, zoals een aantal jaar geleden gebeurde?
Oorzaken van de stijging
De stijgende olieprijs is vooral een kwestie van vraag en aanbod. Daarnaast spelen ander factoren rol, zoals de waarde van de dollar (ruwe olie wordt afgerekend in dollars) en raffinagecapaciteit. De OPEC, het samenwerkingsverband van de grote olieproducerende landen, legde zichzelf sinds begin 2017 een olieproductiebeperking op, om ruwe olieprijzen van onder de 50 dollar per vat uit te bannen. De productiebeperking werd eind 2017, na evaluatie door de OPEC, verlengd tot eind 2018. De olieprijs was toen al opgelopen naar ongeveer 60 dollar per vat. Inmiddels kost een vat Noordzee olie bijna 80 dollar.
Hoewel in juni 2018 de OPEC wederom evalueert, is het niet ondenkbaar dat de OPEC-productiebeperking voor 2018 gewoon van kracht blijft. De productiebeperking lijkt te werken en hogere olieprijzen leveren de OPEC verdiensten op. Daarnaast zijn hogere olieprijzen – van 100 dollar of meer – op langere termijn noodzakelijk voor investeringen om wereldwijd extra, nieuwe bewezen reserves te ontdekken en explorabel te maken. Het winnen olie uit nieuwe reserves (dieper in de grond, schalie olie of offshore/diepzee) wordt alleen maar duurder en daardoor zijn hogere olieprijzen noodzakelijk. De OPEC beseft ook dat de nu bekende oliereserves eindig zijn en dat het niet verstandiger is om eerst voor een lage prijs, de makkelijkste en goedkoopste OPEC oliebronnen leeg te pompen.
Gaan we € 2,- per liter betalen?
De prijs en psychologische grens van 100 dollar voor een vat ruwe olie is in bovenstaande context nog geen feit. Maar gezien de huidige ontwikkelingen (waaronder productiebeperking) is een hogere ruwe olie prijs wellicht niet meer zo onrealistisch en ver weg als eerst werd gedacht. “Daarmee is ook een benzineprijs van 2 euro per liter (of meer) helaas een stuk waarschijnlijker. Misschien nog niet in 2018, maar mogelijk wel in 2019.”
Kunnen we daar iets aan doen? “Aanschuiven bij de evaluatie in juni van de OPEC is helaas geen optie. Maar met goedkoper tanken, zuiniger rijden en het aanschaffen van een zuinigere auto kan veel bespaard worden op brandstof.” Dit kan de automobilist wel 8 tot 10 procent besparing per onderdeel opleveren.
Overheid moet bijspringen
Daarnaast kan de overheid bijspringen. “De belastingen op brandstoffen behoren in Nederland tot de hoogste in de wereld. Omgerekend gaat ruim 1 euro van elke liter benzine naar de staatskas. 78 cent per liter daarvan is accijns (een vast bedrag). Nederlanders betalen de meeste accijns op benzine van heel Europa. Daarbovenop, ook over die accijns, komt nog 21 procent BTW (nu omgerekend 30 cent per liter). “In totaal betaalt de consument dus nu al ruim 1 euro per liter aan belastingen!”
Als de pompprijzen verder stijgen “profiteert” de overheid (onbedoeld), door 21 procent BTW gewoon verder mee, met als gevolg een nog hogere belastingdruk op brandstoffen. “Met bovenstaand vooruitzicht zou het de overheid sieren als per 1 januari 2019, of bij een literprijs van 2 euro, de belastinginkomsten op brandstoffen worden gemaximeerd. Bijvoorbeeld voor benzine tot een maximum van 1 euro per liter. Anders wordt tanken straks echt onbetaalbaar.”
Dit is een origineel bericht van UnitedConsumers
Ga naar alle berichten van deze organisatie.
24 DEC 2024