Nederlandse start-up wil energie opwekken uit nucleair afval
De Nederlandse start-up Thorizon is opgenomen in het nucleaire innovatieprogramma van de Franse overheid: France 2030. Naast een subsidie van € 10 miljoen geeft dat toegang tot aanvullende expertise op het gebied van onder andere Europese wetgeving, business development, investeringen en industriële ontwikkeling. Met deze ondersteuning kan Thorizon een versnelling geven aan haar ambitie om een kleine modulaire centrale te ontwikkelen op basis van gesmolten zout. Daarbij wordt kernafval van reguliere nucleaire centrales als belangrijke brandstof gebruikt. Nucleair maakt daarmee een eerste stap richting circulair. Een Thorizon centrale kan schone energie leveren aan 250 duizend huishoudens.
Thorizon is een van in totaal tien start-ups die door de Franse overheid worden gesteund. “Daarvan zijn er twee van niet-Franse herkomst”, vertelt Kiki Lauwers, CEO van Thorizon. “Wij zijn enorm trots dat wij tot dit selecte gezelschap behoren. Het toont aan dat het ontwerp van onze centrale wetenschappelijk en economisch haalbaar wordt geacht.” Thorizon werkt vanuit Amsterdam met een team van 20 ingenieurs aan de nieuwe centrale. In Lyon is een tweede vestiging geopend waar binnen enkele maanden evenveel mensen aan de slag zullen zijn. “Frankrijk is van oudsher de nucleaire expert van de wereld”, aldus Lauwers. “Het is daarom van belang voor ons om ook daar fysieke aanwezigheid te hebben. Vooral ook omdat we samenwerken met het Franse bedrijf Orano, dat gebruikte brandstofstaven van traditionele centrales verwerkt tot nieuwe brandstof voor een centrale als de onze. Samen met hen willen we nucleair circulair maken.”
Smart, Safe & Circular
Thorizon maakt bij de ontwikkeling van de nieuwe modulaire centrale, gebruik van de kennis van een aantal gerenommeerde partners. Naast Orano zijn ook CEA (het Franse TNO), twee onderzoeksinstituten in Lille, adviesbureau Oakridge, ingenieursbureau Tractebel, het Nederlandse NRGIPALLAS in Petten en Differ uit Eindhoven onderdeel van het project. De basis van de centrale wordt gevormd door gesmolten zout dat onder lage druk in de reactor circuleert. Dat maakt de centrale naast duurzamer en goedkoper, ook bijzonder veilig. Een zogeheten ‘melt down’ of het weglekken van radioactief materiaal is onmogelijk. Kiki Lauwers: “Naast safe en circulair is de Thorizon-centrale ook ‘smart’. Ons ontwerp is uniek door het gebruik van vervangbare cartridges in de reactorkern. Daardoor kunnen we werken met materialen die niet vijftig of honderd jaar bestand hoeven te zijn tegen de omstandigheden in de reactor. We kunnen gebruik maken van materialen die vandaag de dag al beschikbaar zijn, zodat we snel met de realisatie van de centrale kunnen starten en dus al op korte termijn kunnen bijdrage aan de energietransitie.”
Nederlandse steun nog beperkt
De subsidie vanuit Frankrijk geeft Thorizon een enorme boost, en is volgens Lauwers ook een uitnodiging aan de Nederlandse overheid en nieuwe investeerders. “Wij zijn van oorsprong een Nederlands bedrijf, en dat willen we ook graag blijven. Wij hopen dat het huidige en toekomstige kabinet het Franse voorbeeld volgt, de ontwikkeling van deze technologie als waardevol ziet en hierin wil investeren met geld en kennis. Wij geloven er sterk in dat deze technologie Nederland niet alleen kan voorzien van een betrouwbare, duurzame energiebron, maar ook aanzienlijke economische voordelen kan brengen. Er liggen kansen om de basis te leggen voor een eigen Nederlandse nucleaire industrie.”
Dit is een origineel bericht van Thorizon
Ga naar alle berichten van deze organisatie.