Alfons Lohuis
Aanleiding:
Ook kabinet ziet versobering BOR niet zitten · Accountancy Vanmorgen
Het is goed dat de demissionaire regering de Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) niet wil versoberen, de fiscale faciliteit die midden- en kleinbedrijven in ons land een gedeeltelijke vrijstelling bij de vererving van ondernemingsvermogen biedt.
Ook is er geen Kamermeerderheid voor het initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks-PvdA voor de forse inperking van de regeling. Dit jaar zullen opvolgers die een onderneming erven of geschonken krijgen profiteren van een forse belastingverlaging in vergelijking met 2023. De vrijstelling in de BOR is verhoogd van 1.205.871 euro naar 1.325.253 euro, een stijging van ruim één miljoen euro.
De BOR is een absoluut noodzakelijke tegemoetkoming. Nederland telt tienduizenden familiebedrijven die ontegenzeggelijk de kurk zijn waarop onze economie drijft. Het gaat om authentieke familiebedrijven, met een personeelsbestand dat varieert van vijf, tien en twintig personeelsleden.
Als zij belasting zouden moeten afdragen bij de overdracht naar één of meerdere familieleden of derden – het gaat hier om percentages van 20 tot 30 procent - heeft de nieuwe eigenaar wel een heel moeilijke, zo niet onmogelijke start. Daarvoor is een fiscaal aangepaste overgangsperiode nodig.
Bovendien willen ondernemers een betrouwbare overheid en kunnen vertrouwen op de continuïteit van regelingen zoals de BOR. Het gaat immers om de toekomst van hun bedrijf.
Dit is een origineel bericht van Mazars
Ga naar alle berichten van deze organisatie.