Vandaag heeft de rechtbank te Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen Max Verstappen en Picnic. De rechtbank heeft Max Verstappen in het gelijk gesteld en geoordeeld dat Picnic het portret van Max niet had mogen gebruiken. Picnic is schadeplichtig. Over de hoogte van de te betalen vergoeding moeten partijen verder procederen.
Waar de zaak over gaat
Nieuwkomer in supermarkt land Picnic heeft vorig jaar een commercial online geplaatst die inhaakt op de bekende tv commercial van Jumbo met Max Verstappen. In de tv reclame van Jumbo met als titel “snel besteld, snel thuisbezorgd” is Max Verstappen te zien die in zijn raceauto door de straten scheurt om boodschappen van Jumbo te bezorgen.
Picnic, een concurrent van Jumbo, die ook boodschappen thuis bezorgt, verspreidde op 28 september 2016 een filmpje op social media met als titel “als je op tijd bent dan hoef je niet te racen”. In dit filmpje is te zien hoe een look-a-like van Max Verstappen (met zelfde raceoutfit en zelfde race-cap) in een Picnic busje de boodschappen van Picnic bezorgt.
Alhoewel Jumbo de humor van Picnic wel kon inzien, was het management van Max Verstappen (Mavic S.à.R.L.) hier niet blij mee. Er is namelijk een exclusieve licentie verleend aan Jumbo op onder meer het portretrecht van Max Verstappen. Mavic S.A.R.L.. (de Luxemburgse vennootschap waarin de intellectuele eigendomsrechten van Max Verstappen zijn ondergebracht) is van mening dat het portretrecht van Max is geschonden en dat daardoor een reputatieschade is geleden van minstens € 350.000,--. Deze schade zou blijken uit een opgesteld rapport van een sportmarketingbureau in opdracht van Verstappen. De commercial heeft 1 dag online gestaan en is toen na sommatie verwijderd. De commercial is op Facebook meer dan 100.000 maal bekeken, op Youtube meer dan 200.000 keer.
Eerdere uitspraak (beslag procedure)
Eerder vorderde het management al verlof om beslag te mogen leggen op diverse bankrekeningen van Picnic, om haar schadevordering in de hoofdzaak (€ 350.000 euro) veilig te stellen. Dit werd geweigerd door de Voorzieningenrechter[1] en ook door het Gerechtshof[2] , omdat deze het niet aannemelijk vonden dat een beroep op het portretrecht in een bodemprocedure zou worden toegewezen. Volgens de rechter was er sprake van een parodie en was het voor het publiek duidelijk dat het niet om de ‘echte’ Max Verstappen ging. Het beroep op onrechtmatige daad vond de rechter onvoldoende onderbouwd, omdat niet duidelijk was geworden of en in welke mate het management en Verstappen reputatieschade hadden geleden. De rechter wees het verzoek tot beslaglegging dus tot tweemaal toe af.
Uitspraak 6 september 2017 Rechtbank Amsterdam (bodemprocedure)
Vandaag heeft de rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de hoofdzaak[3]. De rechtbank heeft Max Verstappen in het gelijk gesteld en geoordeeld dat Picnic het portretrecht van Max Verstappen heeft geschonden (artikel 21 Auteurswet).
Volgens het portretrecht hoeft het gezicht van de persoon zelf niet perse te worden gebruikt. Er kan ook sprake zijn van een portret als andere kenmerken die een persoon kunnen identificeren, worden gebruikt. In dit geval ging het om dezelfde outfit, cap en een persoon met dezelfde haarkleur en lichaamsbouw als Max Verstappen. De lookalike riep hierdoor het beeld van Max Verstappen op volgens de rechter.
Max Verstappen is wereldwijd bekend en aan deze bekendheid zijn commerciële belangen verbonden. Picnic heeft Max Verstappen niet om toestemming gevraagd. Max Verstappen heeft het recht op te komen tegen het feit dat zijn populariteit door een ander werd gebruikt om commercieel gewin te behalen, zonder zijn toestemming. Dit commerciële belang van Max Verstappen weegt volgens de rechter zwaarder dan het belang van Picnic. Van een legitieme parodie is geen sprake.
Over de hoogte van de door Picnic te betalen schade doet de rechtbank nu nog geen uitspraak. Max Verstappen heeft betoogd (op basis van een rapport opgesteld door een sportmarketing bureau) dat deze schade minstens € 350.000 bedraagt. De rechter schuift dit rapport ter zijde, omdat het is opgesteld door een bureau dat ook voor hoofdsponsor Red Bull werkt. De rechtbank acht het rapport niet objectief.
Vervolg
Op 18 oktober 2017 gaat de zaak verder. Max Verstappen krijgt dan eerst de gelegenheid om zich uit te laten over de hoogte van de geleden schade, daarna Picnic. De eindbeslissing in deze zaak zal tot zeker tot 2018 op zich laten wachten.
[1] Rechtbank Amsterdam 13 oktober 2016, ECLI:NL:RBAMS:2016:9747.
[2] Gerechtshof Amsterdam 2 mei 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:1722.
[3] Rechtbank Amsterdam 6 september 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:6395.
Dit is een origineel bericht van BRight Advocaten
03 NOV 2022