Dit is een expertquote van Julie Meerveld, Alzheimer Nederland, in het kader van ANP Expert Support. U kunt dit bericht, of delen hiervan gebruiken op uw kanalen. Aanleiding: Na diagnose dementie te weinig begeleiding bij onbegrepen gedrag | KRO-NCRV
Al in een vroeg stadium van dementie kan ‘probleemgedag’ voorkomen, ziet neuropsycholoog Willem Eikelboom (Alzheimercentrum Erasmus MC). Dit onderzoek is heel belangrijk, omdat juist in het beginstadium van dementie het gedrag veel verandert. En dat heeft gevolgen voor henzelf, hun naasten en mantelzorgers.
Op dit moment stuurt een arts die iemand heeft gediagnosticeerd met dementie nog vaak met lege handen naar huis. Terwijl die persoon dan al begeleiding nodig heeft. Het onderzoek van Eikelboom laat dit ook zien.
Het is heel belangrijk dat een arts al in een vroeg stadium doorverwijst naar een casemanager dementie, die iemand op individueel niveau kan helpen. Een casemanager is een vaste begeleider voor mensen met dementie en hun naasten. Die denkt mee, en bekijkt wat die persoon voor zorg nodig heeft, hoe hij of zij met de ziekte om kan gaan en ondersteunt ook naasten.
Het is een misverstand dat een casemanager in het begin niet nodig is. Juist dan verandert het gedrag ook al. Ook bij het begin van de ziekte kunnen mensen met dementie zich onzeker, wantrouwend of boos voelen. Of zoals Christa Reinhoud zegt: “Ik heb het gevoel dat ik constant in de maling genomen”. Partners en naasten hebben vaak (te) laat door dat dat door dementie komt. Dat leidt tot onbegrip, ruzie, onzekerheid en verdriet. En het is vooral emotioneel zwaar en belastend.
In Nederland weten we gelukkig best veel over hoe je partners en naasten kunt ondersteunen om zo goed en lang mogelijk zonder zorg te leven. Daarom is het heel belangrijk dat direct na de diagnose een casemanager dementie erbij wordt gehaald. Als het gedrag voor de casemanager ook te ingewikkeld blijkt, kan deze een gedragsdeskundige erbij halen.
Julie Meerveld, manager belangenbehartiging en regionale hulp, Alzheimer Nederland