'Werkgever moet meer letten op vaardigheden in plaats van diploma of functietitel'

15 JUN 2022 09:31 | ANP Expert Support

Dit is een expertquote van Ben van der Hee, Boer & Croon, in het kader van ANP Expert Support. U kunt dit bericht, of delen hiervan gebruiken op uw kanalen. Aanleiding: UWV-onderzoek: Inhoud van functies verandert sterk door technologische ontwikkelingen

De inhoud van functies verandert sterk door technologische ontwikkelingen. Dat blijkt uit onderzoek van UWV. Toch letten werkgevers nog vooral op opleidingsniveau en functietitel in plaats van op skills . Dus of de inhoud van functies daadwerkelijk sterk gaat veranderen is de vraag.

Als werkgevers naar cv’s en kandidaten kijken, kijken ze vooral of iemand al eerder werk heeft gedaan bij een soortgelijke organisatie en met dezelfde functietitel. Maar ze kijken niet naar welke vaardigheden iemand in zijn of haar gereedschapskist heeft zitten om de klus te klaren. De inhoud is dus onterecht ondergeschikt aan de diploma’s of titel.

Iemand die bijvoorbeeld in het onderwijs wil werken en geen achtergrond in het onderwijs heeft, niet de juiste diploma’s voor de functietitel, maar wel goed kan samenwerken en weet hoe je websites bouwt, kan nog steeds geschikt zijn. Dat wordt door veel werkgevers niet zo gezien.

Creatief omgaan met schaarste

In deze arbeidskrapte is het voor veel werkgevers lastig om mensen te werven. Daarom kunnen zij creatief omgaan met de schaarste en meer kijken naar vaardigheden en inhoud. Het is aan hen om dan ook in de vacaturetekst niet de functietitel en opleiding(sniveau) centraal te zetten, maar de vaardigheden. Zo kan de mismatch die er nu is opgelost worden.

Een werkgever kan bijvoorbeeld in een functieomschrijving zetten dat die iemand zoekt die gastvrij is en goed met mensen, in plaats van: we zoeken een barista. Iedereen kan leren koffiezetten, maar het andere is veel belangrijker.

O&O-fondsen

Het is overigens niet alleen de werkgever te verwijten. Opleidings- en Ontwikkelfondsen (O&O-fondsen) investeren in sectoren. Werkgevers en werknemers krijgen geen geld van een O&O-fonds maar ze sparen het erin op. Het is geld uit de sector, apart gezet met dat doel. Ze krijgen dus geld van hun eigen fonds. Er is daar onvoldoende prikkel voor intersectorale mobiliteit.

Daarom moet dat opengebroken worden. De O&O heeft er nu namelijk geen belang bij dat iemand uit bijvoorbeeld de metaalsector, een overstap maakt naar de zorg. Als het opengebroken wordt, is dat niet alleen beter voor de sectoren en werkgevers, maar ook voor de samenleving als geheel.

Ben van der Hee, Partner Public, Boer & Croon

Meer binnen de rubriek Bedrijven, beheer en industrie