Ondernemersorganisatie voor de technologische industrie FME vindt dat het kabinet met de Kamerbrief ‘Het verschil maken met strategisch en groen industriebeleid’ een grote stap in de goede richting zet. Na 20 jaar is er nu eindelijk de ambitie om 3% van ons BBP in innovatie te stoppen. De regering zet in op het vermarkten, ofwel valoriseren, van innovaties en Research & Development investeringen. Daarnaast vindt FME het een goede zaak dat het industriebeleid ook in het teken van opschaling, meer (Europese) strategische autonomie en technologisch leiderschap van de Nederlandse industrie komt te staan.
Als we de 3% ambitie willen bereiken, zal de overheid het voor bedrijven wel aantrekkelijk moeten maken om meer te investeren in innovatie. “De (fiscale) regelingen die daarbij helpen moeten geïndexeerd worden, bedrijven moeten makkelijker talent uit het buitenland kunnen aantrekken en de overheid moet fors gaan investeren in Europese innovatieprojecten waar bedrijven op aan kunnen haken”, zegt FME-voorzitter Theo Henrar.
Fundament
Het kabinet legt met deze brief de basis voor een weerbare, internationaal verbonden Nederlandse industrie, waarmee ze de industrie de ruimte geeft om te groeien. Dat vergt lange- termijn en consistent beleid met bijbehorende financiën. “Want als straks het geld uit het Groeifonds op is, de pot met extra geld voor onderzoek en wetenschap leeg is en het geld om mee te doen aan belangrijke Europese innovatie projecten is uitgegeven, moeten industriële bedrijven nog steeds perspectief hebben om zeker te weten dat het fundament niet onder hun voeten wegzakt”, zegt Henrar.
FME hoopt dat volgende kabinetten verder gaan op deze ingeslagen weg.
Dit is een origineel bericht van FME
Ga naar alle berichten van deze organisatie.