Het beeld dat geboren Limburgers van zichzelf hebben, strookt niet met het beeld dat nieuwkomers hebben van geboren Limburgers. Limburgers vinden zichzelf gastvrij en open, terwijl nieuwkomers aangeven dat het veel moeite kost om erbij te horen.
Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van het Limburgs Museum en Dagblad De Limburger, uitgevoerd door bureau Flycatcher naar Limburgse identiteit.
Van de geboren en getogen Limburgers voelt de helft zich in de eerste plaats Limburger. Slechts 1 op de 5 voelt zich vooral Nederlander. Bij nieuwkomers ligt dat anders: meer dan de helft voelt zich boven alles Nederlander. Het onderzoek legt ook verbanden met politieke voorkeur. Zo blijkt dat vooral PVV-stemmers (80%) vinden dat Limburgers betrouwbaarder en vrijgeviger zijn dan andere Nederlanders.
In het Limburgs Museum in Venlo is tot en met 9 februari de interactieve tentoonstelling DNA van Limburg te zien. Die werpt de actuele vraag op wat identiteit is - of het nu over Catalanen gaat of over Friezen. In het bijzonder wordt de Limburgse identiteit onderzocht: bestaat die? En zo ja: wat is het? Zit het in je bloed, of in je hoofd?
Uit het onderzoek blijkt in ieder geval dat het merendeel van de Limburgers vindt dat zo’n identiteit bestaat. En dat het - weinig verrassend - iets te maken heeft met taal, landschap, carnaval en zelfs vlaai. Ze vinden ook dat die identiteit wordt bedreigd. Opvallend is dat geboren en getogen Limburgers nieuwkomers uit andere delen van Nederland (‘Hollanders’) als een grotere bedreiging ervaren dan nieuwkomers uit het buitenland.
Nog zo’n opmerkelijke uitkomst: de band Rowwen Hèze wordt vaker genoemd als bepalend voor de Limburgse identiteit dan het katholieke geloof.
Zo zijn er uit de onderzoeksgegevens nog talloze opvallende conclusies te trekken. Het onderzoeksrapport is op te vragen bij het Limburgs Museum.
Dit is een origineel bericht van Limburgs Museum
Ga naar alle berichten van deze organisatie.