Namens LBV, FNV Bouw, CNV Vakmensen en OnderhoudNL.
Als het aan de sociale partners ligt gaan de lonen voor de medewerkers in de schilders- en onderhoudsbranche per 1 januari 2023 met 10,3% omhoog, gelijk aan de inflatie over de periode juli 2021 tot juli 2022. Dat is het principeakkoord tussen OnderhoudNL en LBV, FNV en CNV in het kader van de lopende cao. Het akkoord wordt nu aan de leden van de vakbonden voorgelegd en betreft de circa 16.000 medewerkers die werkzaam zijn bij de bedrijven in het totaal vastgoedonderhoud, renovatie, restauratie, isolatie, schilderen, beglazing en industriële metaalconservering.
De partijen wijzen harmonieus op de enorme uitdaging waar de onderhoudsbranche in Nederland op dit moment voor staat: de energiecrisis, de geopolitieke onzekerheid, de verduurzamingsopgave en de tekorten op de arbeidsmarkt. Daarbij is een reguliere loonstijging als kostenstijging enerzijds eigenlijk ondenkbaar, maar anderzijds noodzakelijk voor behoud van de koopkracht van de betrokken medewerkers en niet te vergeten voor het aantrekken van nieuwe instroom.
Om de lopende loonkosten enigszins te verlichten spraken de partijen al eerder af om de premiepauze voor de vorig jaar ingevoerde ‘zwaarwerkregelingen’ te verlengen. En aangezien de loonsverhoging straks gaat gelden voor alle werkgevers in de bedrijfstak vanwege de algemeen verbindend verklaring, spraken de partijen ook af om intensiever in te zetten op de aanpak van de oneerlijke concurrentie.
Dit is een origineel bericht van Koninklijke OnderhoudNL
Ga naar alle berichten van deze organisatie.