Bewegen is gezond. Tal van acties en initiatieven proberen daarom mensen in beweging te krijgen. Het uiteindelijke doel is meestal dat bewegen een gewoonte wordt. De gedachte daarbij is dat mensen gewoontedieren zijn: als iets eenmaal een gewoonte is, dan blijven we het doen. Uit onderzoek weten we immers dat er een relatie is tussen gewoonte en beweeggedrag. Maar hoe ziet die relatie eruit? Op welke manieren beïnvloeden beweeggedrag en gewoontes elkaar? Dat zijn vragen die promovendus Rob van Bree stelde in zijn promotieonderzoek. Hij verdedigt zijn proefschrift op vrijdag 29 juni 2018 om 13.30 uur bij de Open Universiteit in Heerlen.
Vijftigplussers
Van Bree deed zijn onderzoek onder vijftigplussers in het kader van Actief Plus. Uit cijfers van het CBS blijkt dat slechts 60% van de vijftigplussers voldoende beweegt. Voldoende is vijf dagen per week minstens 30 minuten gematigd intensief bewegen. Actief Plus is een bewezen effectieve (ehealth-)interventie gericht op het stimuleren van beweeggedrag van ouderen. Van Bree onderzocht de relatie tussen gewoontes en beweeggedrag bij de deelnemers aan Actief Plus. Uit zijn onderzoek blijkt dat ongeveer de helft van de onderzochte ouderen sterk gewoontegedrag vertoont én onvoldoende beweegt. Zijn onderzoek laat ook zien dat gewoonte beweeggedrag beïnvloedt, maar dat andersom beweeggedrag ook gewoonte beïnvloedt.
Gewoontedieren
Gewoontes zijn vaak het mechanisme achter het laten voortbestaan van gedrag, ook als het gaat om gedrag als onvoldoende bewegen. Maar liefst een derde tot de helft van onze dagelijkse gedragingen is te typeren als gewoontegedrag. We denken daar niet meer bij na, we doen het gewoon. Het is dan ook niet voor niets dat interventies die beweeggedrag stimuleren ernaar streven dat bewegen een gewoonte wordt. Als dat lukt, is de kans groot dat mensen blijven bewegen. Maar beweeggedrag wordt zeker niet ‘zomaar’ een gewoonte.
Voorlichting
Mensen die heel sterk gewoontegedrag vertonen, blijken veel minder gevoelig te zijn voor voorlichting of andere persuasieve boodschappen. Ze doen gewoon wat ze altijd al deden en nemen niet de moeite om zich te informeren. De traditionele gezondheidsvoorlichting en -interventies leunen sterk op persuasieve boodschappen, maar als strategie is dat onvoldoende om mensen met een sterk gewoontegedrag te bereiken.
Aanbeveling
Van Bree concludeert: 'Het is aan te raden om bij beweeginterventies rekening te houden met bestaande gewoonten. Daarnaast lijkt het zinvol om in interventies naast persuasieve boodschappen ook strategieën op te nemen die zich richten op het ontwikkelen van gewoontes.'
Rob van Bree (Helmond 1977) verdedigt zijn proefschrift 'Habit and Physical Activity: Moderation and mediation studies in older adults' op vrijdag 29 juni 2018 om 13.30 uur bij de Open Universiteit in Heerlen. Promotores zijn prof. dr. Lilian Lechner en prof. dr. Catherine Bolman. Co-promotor is dr. Aart Mudde.
Dit is een origineel bericht van Open Universiteit
Ga naar alle berichten van deze organisatie.