Harmen Bijwaard
Onder het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord gaat er 17 miljoen euro naar borstkankerscreening bij vrouwen met dicht borstweefsel. Een belangrijke stap, maar het echte knelpunt, de schaarste aan gekwalificeerde MRI-laboranten, blijft onopgelost. Het tekort is zo groot dat de capaciteit ontbreekt om alle extra screenings uit te voeren. Ook de inzet van technologie biedt geen soelaas.
MRI is een complex onderzoek dat veel meer vraagt dan ‘op een knop drukken’. De voorbereiding van de patiënt, het positioneren, het kiezen van de juiste protocollen, het begeleiden tijdens het vaak stressvolle onderzoek – zeker bij claustrofobie – zijn allemaal handelingen die niet door een robot overgenomen kunnen worden. Kunstmatige intelligentie kan wel ondersteunen bij beeldherkenning en rapportage, maar niet bij de patiëntgerichte uitvoering. Daar wringt het: je kunt de scans versnellen, maar het proces van mensen erin leggen en begeleiden kost nog steeds evenveel tijd en aandacht.
Het idee dat we met technologie het personeelstekort zomaar kunnen ‘wegautomatiseren’ is een misvatting. Zelfs als we de benodigde MRI-protocollen zouden halveren in tijd, hebben we nog steeds meer mensen nodig om het werk te doen. De zorg loopt al op zijn tenen.
Opleiders zien dat de instroom van nieuwe studenten afneemt, ondanks uitstekende baanperspectieven, terwijl zorginstellingen de uitstroom van professionals uit het vak zien toenemen. De werkdruk is hoog, en veel professionals zien dat hun expertise en kennis onderbenut blijven. Als we willen dat MRI-screening een succes wordt, moeten we ook investeren in de mensen die het uitvoeren. Zonder hen gaat dit extra geld alleen maar meer druk creëren, terwijl het akkoord juist beoogt die druk te verlagen.
Dit is een origineel bericht van Hogeschool Inholland
Ga naar alle berichten van deze organisatie.