Den Haag, 23 februari 2022. Het zojuist gepubliceerde voorstel van de Europese Commissie voor de invoering van wetgeving voor bedrijven om mensenrechten te respecteren en het milieu te beschermen is onvoldoende en ver onder de maat, zo stelt Oxfam Novib. Slechts 1% van de bedrijven in Europa valt onder dit plan. Bovendien gaat het nog vele jaren duren voordat de wet daadwerkelijk wordt ingevoerd. Het is nu tijd dat minister Schreinemacher werk maakt van de afspraken in het coalitieakkoord om zo snel mogelijk ambitieuze nationale IMVO-wetgeving in te voeren en zo betere wetgeving in Europa te ondersteunen.
Ioan Nemes, hoofd private sectorwerk Oxfam Novib: “We hebben lang gewacht op dit wetgevingsvoorstel, maar dit is een teleurstelling. Verantwoordelijkheid afwentelen op anderen in de ketens voor aantasting van mensenrechten en milieu wordt hiermee niet aangepakt, maar eerder aangejaagd. De vrouwen en mannen in ontwikkelingslanden die ons voedsel of kleding produceren zijn hiermee onvoldoende geholpen. Alleen grote bedrijven vallen onder deze regels, terwijl veel van de misstanden juist in de ketens van kleinere bedrijven plaatsvinden. Bovendien kunnen grote bedrijven nog steeds hun verantwoordelijkheid afwenden op bedrijven dieper in de ketens, die vervolgens de rekening bij boerinnen en arbeidsters neerleggen.”
“Het lijkt alsof dit voorstel van de EC uit de koker van bedrijfslobbyisten komt. Het plan mist duidelijke verplichtingen voor directies van bedrijven om echt verantwoord te ondernemen en de klimaatcrisis aan te pakken. Dit voorstel moet de komende jaren nog worden uitonderhandeld door het Europese Parlement en de lidstaten. Wat blijft er dan van over? De arbeidsters en boerinnen die al jaren te maken hebben met dwangarbeid, hongerlonen en de gevolgen van klimaatverandering kunnen niet nog vijf jaar of langer wachten. Minister Schreinemacher moet zo snel mogelijk met ambitieuze nationale IMVO-wetgeving komen, zoals in het coalitieakkoord is vastgelegd. Nederland moet niet langer op de EU wachten om verantwoordelijkheid te nemen."
In de Tweede Kamer was al in maart 2021 een wetsvoorstel ingediend voor verantwoord en duurzaam ondernemen en de Nederlandse overheid kondigde eind 2021 in het coalitieakkoord IMVO wetgeving in Nederland aan. Deze initiatieven gaan verder dan het huidige voorstel van de Europese Commissie. Oxfam Novib roept de Nederlandse overheid op om uiterlijk in 2023 Nederlandse IMVO wetgeving in te voeren die:
-
- voor alle ondernemingen, met inbegrip van de financiële sector geldt
- voor de hele waardeketen van bedrijven van toepassing is
- milieu en klimaat expliciet als onderdeel van de verantwoordelijkheden maakt. Alle bedrijven moeten emissiereducties in lijn met maximaal 1.5°C temperatuurstijging invoeren voor hun hele waardeketen
- bedrijven verplicht om vakbonden, vrouwenorganisaties, lokale gemeenschappen en maatschappelijke organisaties, te betrekken bij verantwoord ondernemen
- bedrijven juridisch aansprakelijk stelt voor misstanden in hun ketens
- een stevige toezichthouder aanstelt om de regels te controleren
Ioan Nemes, hoofd private sectorwerk Oxfam Novib, is beschikbaar voor verdere duiding. Contact Jules van Os, persvoorlichting Oxfam Novib, 0651573683.
Het voorstel van de Europese Commissie is hier te vinden.
• Belangrijkste onderdelen/kenmerken van het voorstel van de Europese Commissie voor de Corporate Sustainability Due Diligence-richtlijn:
o Beperkte toepassing: 99% van de bedrijven wordt buiten beschouwing gelaten. De voorgestelde wetgeving zal alleen van toepassing zijn op de grootste bedrijven die actief zijn op de EU-markt: bedrijven met een jaaromzet van meer dan 150 miljoen euro en meer dan 500 werknemers. In drie sectoren met een hoog risico - textiel en leer, landbouw en voeding, grondstoffenwinning - zullen beperkte due diligence-verplichtingen gelden voor bedrijven met een jaaromzet van 40 miljoen euro en minimaal 250 werknemers. De Commissie schat dat 13000 EU-bedrijven en 4000 bedrijven van buiten de EU zich aan de wetgeving zullen moeten houden. Dit laat de meerderheid van de bedrijven buiten beschouwing die actief zijn in sectoren die bol staan van mensenrechten- en milieuschendingen.
o Toeleveringsketendekking: Bedrijven hebben een zorgplicht voor hun gehele waardeketen. Deze plicht zal zich uitstrekken tot hun eigen activiteiten, hun dochterondernemingen en 'gevestigde zakelijke relaties', zowel stroomopwaarts als stroomafwaarts in hun ketens. Een bedrijf kan echter aan zijn zorgplicht voldoen door contractuele garanties van zijn directe zakenpartners en de verificatie van de naleving uit te besteden.
o Due diligence-verplichtingen: deze verplichtingen zullen betrekking hebben op internationaal erkende mensenrechten en een beperkte reeks milieunormen die zijn vermeld in de bijlage van de richtlijn. Bedrijven zullen ook worden verplicht een klimaattransitieplan aan te nemen in overeenstemming met de 1,5 °C-doelstelling van het Klimaatakkoord van Parijs, vergezeld van emissiereductiedoelstellingen, alleen wanneer klimaatverandering een risico is voor het bedrijf zelf – daarmee de ogen sluitend voor de enorme impact van de uitstoot van bedrijven op de wereld.
o Handhaving en aansprakelijkheid van bedrijven: het voorstel verplicht de EU-landen om autoriteiten aan te wijzen met de bevoegdheid om onderzoeken uit te voeren en sancties op te leggen om de wetgeving te handhaven. De EU-landen zullen ervoor moeten zorgen dat bedrijven aansprakelijk zijn voor schade als ze hun zorgvuldigheidsverplichtingen niet nakomen inzake internationale mensenrechten en een zeer beperkte reeks internationale milieunormen. Bedrijven zijn niet aansprakelijk voor het niet uitvoeren van adequate klimaatonderzoeken.
o Verplichtingen van bestuurders: Het voorstel, dat aanvankelijk het 'Sustainable Corporate Governance-initiatief' heette, introduceert slechts beperkte hervormingen van de taken van bedrijfsleiders met betrekking tot het toezicht op het due-diligencebeleid en de acties van een bedrijf. Andere hervormingen van het ondernemingsbestuur werden uit het voorstel geschrapt door druk van bedrijven en door enkele Scandinavische landen.
• Het wetgevingsvoorstel inzake duurzame zorgvuldigheidseisen van ondernemingen gaat vergezeld van een mededeling over “waardig werk wereldwijd “ waarin de visie van de Commissie op duurzamere toeleveringsketens wordt uiteengezet. Dit is inclusief de belofte van EC-voorzitter Von der Leyen dat goederen die geheel of gedeeeltelijk met dwangarbeid geproduceerd zijn, geen toegang tot de EU-markt meer krijgen.
• Volgende stappen:
o Het Europees Parlement en de Raad van de EU (samengesteld uit de ministers van de 27 EU-landen) hebben de mogelijkheid het voorstel van de Commissie te wijzigen. Dit proces zal naar verwachting minimaal een jaar duren.
o Na goedkeuring zullen de EU-landen de wetgeving moeten omzetten in nationale wetgeving.