6500 arbeidsongeschikten hebben enorm AOW-hiaat: Overbruggingsregeling werkt niet

De verhoging van de AOW-leeftijd heeft onverwacht grote financiële gevolgen voor naar schatting 6500 arbeidsongeschikten. Hun arbeidsongeschiktheidsverzekering stopt met uitkeren op 65-jarige leeftijd, waardoor ze geen inkomen hebben tot aan hun AOW-leeftijd. Morgen, 28 september, bieden enkele van deze gedupeerden hierover een protestpamflet aan bij leden van de Tweede Kamer.

Duizenden arbeidsongeschikten waanden zich met een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) financieel veilig, totdat de overheid enige jaren geleden de AOW-leeftijd ineens verhoogde maar daarbij geen goede regeling trof voor mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering die op 65-jarige leeftijd stopt. Zij zitten -afhankelijk van hun geboortedatum- 1, 2 tot 3 jaar zonder inkomsten, hetgeen kan oplopen tot een inkomstenderving van vele tienduizenden euro’s. Toen zij destijds een AOV afsloten, zou de polis -en dus de uitkering- automatisch op 65-jarige leeftijd aflopen. Dat was immers de ‘normale’ AOW-leeftijd; een optie ‘uitkering tot AOW-leeftijd’ was er niet.

Hoewel de overheid voor deze gedupeerden de zogenaamde Overbruggingsregeling (OBR) instelde, bleek in de praktijk dat deze regeling andere inkomsten en bezittingen (van bijvoorbeeld een partner, of uit eigen vermogen, het hebben van een eigen huis) meerekende. Gevolg was dat voor ongeveer 6500 gedupeerden, de uitkering uit deze regeling nihil was. Daarbij komt dat de OBR kennelijk voorwaarden stelt, waar de AOW (die zonder verhoging van de AOW-leeftijd in de betreffende periode was uitgekeerd) voor iedereen gelijk is, zonder dat daar voorwaarden aan gesteld worden.

Het protestpampflet wordt namens alle gedupeerden aangeboden door Paul van Gils en Anja Minheere aan de leden van de Tweede Kamer. Ze zijn beiden arbeidsongeschikt, krijgen geen uitkering uit de OBR-regeling en hun arbeidsongeschiktheidsverzekering stop(te) op 65-jarige leeftijd. De initiatiefnemers hopen op een spoedige oplossing -bijvoorbeeld een OBR zonder voorwaarden die met terugwerkende kracht in werking treedt- en hebben zich bereid verklaard om mee te werken aan een oplossing en daarover met de Kamerleden van gedachten te wisselen.