'Strategische rust ten koste van industriële export'

• ING

De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben een nieuw handelsakkoord gesloten. Het wendt een dreigende handelsoorlog met enorme effecten op de economie af. Dat het aanvankelijke tarief van 30 procent gehalveerd werd geeft weliswaar zekerheid voor bedrijven, maar pakt op termijn toch mogelijk minder gunstig uit. Door hogere importkosten en verminderde export verwacht het CPB in 2025 een iets lagere economische groei van 0,3 procentpunt. 

De economische effecten kunnen op sectorniveau behoorlijk zijn. Vooral nu een deel van de Nederlandse industrie wordt geraakt door de nieuwe en in enkele gevallen hogere importtarieven. Het akkoord geeft aan de andere kant rust en biedt daarmee de ruimte om met nog meer gedrevenheid te focussen op de strategische onafhankelijkheid van Europa en Nederland.

Resultaat onderhandelingen en gevolgen industrie

De Nederlandse industrie wordt geraakt door het akkoord dat voorziet in een algemeen importtarief van 15 procent op alle Europese goederen. Dit geldt ook voor de auto-industrie en machinebouw. Uitzondering zijn er voor enkele strategische sectoren zoals defensieproductie, luchtvaarttechniek, chiptechnologie en bepaalde chemicaliën. Vooral de staal- en metaalindustrie ondervindt directe schade door de hoge importtarieven van 50 procent. Wellicht komt er nog een gunstiger quotasysteem uit lopende onderhandelingen. 

Strategische reflectie

Ondanks de kritiek op het akkoord is het een noodzakelijke strategische zet van de Europese Unie. Hiermee wordt een handelsoorlog die de Europese economie ernstig zou verstoren voorkomen. Tegelijkertijd behouden we toegang tot Amerikaans militair materieel en energiebronnen, essentieel voor onze defensiesector en industriële concurrentiekracht. 

En ondertussen bouwt Europa versneld aan een duurzame, geëlektrificeerde maakindustrie, aan strategische waardeketens en opbouw van de defensie-industrie en capaciteit. Deze aanpak geeft Europa de ruimte om op lange termijn onafhankelijker te worden, met eigen duurzame energievoorziening en -industrie. Strategisch gezien is het huidige handelsakkoord een investering in korte termijn stabiliteit en lange termijn Europese zelfstandigheid.