ENSCHEDE, 17 december - Uit het jaarlijkse meetrapport van De Consumentenbond, Natuur & Milieu en WISE blijkt dat Pure Energie voor de 9e keer op rij de groenste energieleverancier is. Het duurzame energiebedrijf is de enige energieleverancier, met een productievolume van meer dan 400 miljoen kWh, die zowel op de particuliere als op de zakelijke markt de maximale score behaalt (10,0).
Hoe groen is onze stroom nu echt
De Consumentenbond, Natuur & Milieu en WISE beoordelen alle energieleveranciers, groot en klein, en bepalen de duurzaamheid van de bedrijven met straf- en duurzaamheidspunten. Alle leveranciers worden getoetst op drie bedrijfsonderdelen: investering, inkoop en levering. Doel van de verkiezing is om consumenten en bedrijven inzicht te geven in hoe groen de stroom in de energiemarkt nu echt is. Voor veel mensen is het namelijk niet transparant waar leveranciers hun stroom vandaan halen, en wat er precies door de kabels binnen komt.
Geen sjoemelstroom
Het rapport legt onder andere bloot dat een “groen etiket” niet altijd wil zeggen dat een leverancier ook 100% groen is. Wat veel gebeurt is dat leveranciers grijze stroom inkopen en daar losse GvO’s bijkopen (Garantie van Oorsprong). Met deze certificaten mag de claim gemaakt worden groene stroom te verkopen, terwijl dat in werkelijkheid niet zo is. Ook wordt inzichtelijk dat in sommige gevallen weliswaar groene stroom wordt geleverd aan de particuliere markt, maar grijze stroom naar de zakelijke markt wordt verplaatst. Wat verklaart dat er bij veel leveranciers voor de zakelijke markt een lagere score uitkomt.
“Van sjoemelstroom is bij ons geen sprake”, zegt Marcel Bovenmars, directeur bij Pure Energie. “De enige reden dat wij zowel particulier als zakelijk een 100% score halen, is dat wij alles zelf lokaal opwekken met wind- en zonneparken. En we verkopen nooit meer dan we opwekken. Wij zijn er trots op voor de 9e keer beloond te worden met ons duurzame beleid. Het stimuleert ons door te gaan met onze missie: schone energie voor iedereen.”
Dit is een origineel bericht van Het PR Bureau