'Vergewisplicht voor werkgevers arbeidsmigranten is onuitvoerbaar'

Woensdag debatteert de Tweede Kamer over de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (Wtta). OTTO Work Force steunt de invoering van deze wet van harte, omdat die essentieel is voor het tegengaan van malafide praktijken in de uitzendsector en voor de bescherming van arbeidsmigranten. De door minister Van Hijum voorgestelde vergewisplicht en meldplicht voor werkgevers met betrekking tot de Basisregistratie Personen-inschrijving van arbeidsmigranten is echter zorgwekkend. Dit voorstel is niet alleen in strijd met de aanbevelingen van het Advies Roemer, maar is ook onuitvoerbaar en contraproductief.

Arbeidsmigranten staan vaak niet of verkeerd ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP). Een vergewisplicht voor werkgevers zou inhouden dat werkgevers zich er actief van moeten verzekeren of arbeidsmigranten zich hebben ingeschreven in de BRP. Met een meldplicht zou de werkgever ook nog een melding moeten maken bij een overheidsinstantie als hij denkt dat een arbeidskracht niet is ingeschreven.

Eerlijke ondernemers krijgen daarmee een extra administratieve last, terwijl malafide partijen buiten schot blijven. Bedrijven die zich nu al niet aan de regels houden zullen zo door blijven gaan. De misstanden worden zo niet aangepakt.

Bovendien beschikt de overheid al over de benodigde informatie. Werkgevers melden al alle werknemers, inclusief arbeidsmigranten, bij de Belastingdienst aan voor de loonheffing. Door deze gegevens te koppelen aan de BRP kan de overheid zélf toezicht houden. Het is onacceptabel dat de overheid beschikbare informatie niet benut en in plaats daarvan het bedrijfsleven opzadelt met onnodige extra taken.

Meldplicht voor verhuurders

De verantwoordelijkheid voor BRP-inschrijving hoort niet bij werkgevers te liggen, maar bij verhuurders van arbeidsmigranten. Zij hebben zicht op welke arbeidsmigrant op een locatie verblijft. Een vergewisplicht voor werkgevers ondermijnt de scheiding tussen wonen en werken zoals aanbevolen in het rapport Roemer in 2020. Die scheiding voorkomt dat werknemers afhankelijk zijn van werkgevers en beschermt hen tegen uitbuiting.

In plaats van extra administratieve lasten voor bedrijven moet de overheid een meldplicht voor verhuurders bij het afsluiten van huurovereenkomsten instellen. De taken voor werkgevers moeten bij een eenmalige zorgplicht blijven. Zij zorgen voor een correcte Registratie Niet-ingezetenen (RNI)-inschrijving vóór aanvang van de werkzaamheden en informeren de werknemers over inschrijving in de BRP.

Wij roepen de politiek op om zich in het debat krachtig uit te spreken tegen deze onwerkbare maatregelen en te kiezen voor een aanpak die écht effectief is.