Recent onderzoek van TeamAlert toont aan dat er in Nederland kansen liggen binnen verkeerseducatie om het vrijwillig dragen van fietshelmen structureel te stimuleren. Dit vraagt echter om een gezamenlijke inspanning van verkeerseducatieaanbieders (hierna aanbieders genoemd) en overheden als beleidsmakers en opdrachtgevers. Dit sluit aan bij de ambitie van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Veiligheidscontext: cijfers die om actie vragen
De urgentie is groot: het aantal fietsslachtoffers met ernstig letsel op de spoedeisende hulp is in de afgelopen tien jaar met 40% toegenomen. In 2022 kwamen ruim 134.000 mensen op de SEH terecht, waarvan bijna 89.000 fietsers. Bij ongeveer 15.000 van deze slachtoffers werd hersenletsel vastgesteld (VeiligheidNL, 2024). Internationaal onderzoek laat zien dat het dragen van een helm het risico op ernstig hoofd- of hersenletsel met respectievelijk 60% tot 70% kan verlagen. Ondanks deze voordelen is het helmgebruik in Nederland opvallend laag. Met Denemarken als voorbeeld -waar bijna 60% van de fietsers vrijwillig een helm draagt-, beoogt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat daar nu verandering in te brengen middels de strategie vrijwillig fietshelmgebruik.
Fietshelm in de verkeerseducatie: integratie en uitdagingen
Om het vrijwillig gebruik van de fietshelm onder verschillende doelgroepen te stimuleren, is educatie van groot belang. Uit 12 interviews met 13 organisaties blijkt dat de fietshelm door veel aanbieders als waardevol wordt gezien, maar dat men vaak een afwachtende houding aanneemt. De gezondheidsvoordelen van een helm zijn duidelijk, maar de aanbieders zijn onzeker over het integreren van de fietshelm, en geven aan afhankelijk te zijn van concrete eisen vanuit opdrachtgevers. Daarbij blijft de vraag in hoeverre de fietshelm kan worden geïntegreerd zonder de aansluiting met de doelgroep kinderen en jongeren te verliezen.
Opdrachtgevers aan zet om de fietshelm in verkeerseducatie te faciliteren.
De complexiteit van dit vraagstuk wordt tot in de Tweede Kamer gevoeld, waar meerdere partijen vragen om grip op de voortgang. De PvdA bepleitte in het Verkeersveiligheidsdebat van 11 februari bijvoorbeeld actieve stimulering zoals in de Scandinavische landen, en de CDA vroeg zich af hoe snel er resultaat kan worden geboekt en op welk punt wordt ingegrepen wanneer resultaten uitblijven. Deze politieke betrokkenheid onderstreept de roep om snelle en effectieve actie.
Als het gaat om verkeerseducatie, stelt TeamAlert dat de sleutel tot succes ligt in een actieve samenwerking tussen aanbieders en opdrachtgevers. Door concrete eisen te stellen vanuit overheden en scholen kan de fietshelm structureel worden opgenomen in educatieve programma’s. Daarnaast geven de aanbieders aan dat middelen en beeldmateriaal cruciaal zijn om de fietshelm vrijwillig te stimuleren middels hun projecten:
“We zouden best meer willen doen, maar zonder extra middelen is het simpelweg niet haalbaar.”
“Als er een campagne is die stimuleert om een fietshelm te dragen, bijvoorbeeld bij elektrische fietsen, dan is het voor ons een reden om dat wel op te nemen in onze verkeerseducatie.”
Stap voor stap naar een nieuwe norm rondom fietshelmgebruik
TeamAlert benadrukt dat het veranderen van de sociale norm rondom fietshelmgebruik in Nederland een proces van lange adem is, en dat jongeren als groep op dit moment nog niet klaar zijn voor structureel fietshelmgebruik. Tegelijkertijd toont een onafhankelijke flitspeiling van TeamAlert aan dat er langzaam meer ruimte ontstaat voor een gesprek over fietshelmgebruik. TeamAlert blijft de houding van jongeren monitoren en staat klaar om de effectiviteit van beleidsmaatregelen en interventies te evalueren.
Dit is een origineel bericht van Stichting Teamalert
Ga naar alle berichten van deze organisatie.