Een belangrijke ambitie van de nieuwe jeugdbescherming is dat zoveel mogelijk kinderen veilig opgroeien, zo 'thuis' mogelijk en met zo min mogelijk dwang. Dat vraagt om een beweging waarin professionals, organisaties, ouders, kinderen en gemeenten samen optrekken. Vertrouwen en tijd zijn daarin belangrijke voorwaarden. Dat benadrukte NJi-bestuurder Ans van de Maat toen zij deze ochtend de opbrengsten van het SWING-programma, zoals verwoord in het rapport ‘Samen werken aan jeugdbescherming’, overhandigde aan de voorzitter van de VNG-subcommissie Jeugd, wethouder Victor Everhardt. Zij vindt dat het SWING-programma een belangrijke bijdrage levert aan deze gezamenlijke beweging naar anders denken en doen, om het voor kinderen in Nederland beter te maken.
Burgers in de jeugdbescherming
In de jeugdbescherming van morgen krijgt de burger een prominentere plek zodat kinderen, ook bij onveiligheid, zo ‘gewoon’ mogelijk kunnen opgroeien. Uit de resultaten van het SWING-programma blijkt dat de samenwerking tussen burgers en de jeugdbescherming veel perspectief biedt maar dat er ook nog veel praktische en juridische belemmeringen bestaan. De eerste ervaringen met het inzetten van vrijwilligers en burgervoogden zijn positief. Dit vraagt in de toekomst nog wel om een verdere cultuurverandering van de organisatie, de burger, de cliënt en de samenleving om succesvol te kunnen zijn.
Passende hulp door samenwerking
Daarnaast maakt het programma duidelijk dat jeugdbeschermingsprofessionals beter met lokale teams samen kunnen werken door elkaar meer te betrekken bij de uitvoering van hun werk en meer gebruik te maken van elkaars expertise. De stem van de cliënt kan meer leidend zijn in de vormgeving van een traject als iedereen de belangen van de cliënt centraal stelt. Het programma heeft concrete, praktische tools opgeleverd om dit cliëntgerichte proces te ondersteunen. Dit draagt eraan bij dat jongeren en gezinnen eerder passende hulp krijgen en beschermingsmaatregelen mogelijk kunnen worden voorkomen.
Nieuwe methoden
In het SWING-programma zijn ook nieuwe methoden ontwikkeld en beproefd om jeugdigen met een beschermings- of reclasseringsmaatregel effectiever te kunnen begeleiden: Signs of Success en Safe Path Jeugdzorg. In beide methoden is een positieve benadering van jongeren een belangrijk ingrediënt. De nadruk wordt gelegd op het versterken en stimuleren van de kwaliteiten en mogelijkheden van de jongeren en op het ervaren van successen. Ook wordt het gezin toegerust om de jongeren op een positieve wijze tegemoet te treden.
Het rapport
Het SWING-programma, dat startte in 2015, is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Het rapport is op deze website te downloaden. De resultaten van de elf deelprojecten kunnen nagelezen worden op http://www.nieuwejeugdbescherming.nl.
Dit is een origineel bericht van Nederlands Jeugdinstituut
Ga naar alle berichten van deze organisatie.