Marjet van Houten
Aanleiding:
Kabinet behoudt taaleis in Participatiewet en werkt aan verbeteringen | TPO.NL
Staatssecretaris voor Participatie en Integratie Jurgen Nobel (VVD) werkt aan een herziening van de Participatiewet. Dat is nodig, want met het huidige beleid komt slechts 8 procent van de mensen in de bijstand aan werk. Om dat te verhogen zal het kabinet een bredere definitie van werk moeten hanteren.
Re-integratie
In de huidige wetgeving wordt onder ‘werk’ enkel betaald werk voor een aanzienlijk aantal uren per week bedoeld. Mensen in de bijstand van de gemeente zijn verplicht te solliciteren bij verschillende werkgevers.
De stap van niet werken naar een bijna volledige (betaalde) werkweek is echter groot en onrealistisch. Te hoog gestelde doelen zijn een belangrijke reden dat de huidige Participatiewet niet effectief is. In de praktijk zien we dan ook dat de weg naar arbeid vrijwel altijd via maatschappelijke routes verloopt, bijvoorbeeld als mensen vrijwilligerswerk doen of mantelzorger zijn. Die geleidelijke weg is ook de meest effectieve route terug naar de arbeidsmarkt, blijkt uit wetenschappelijk onderzoek.
Passende participatie
Die verschillende routes worden in de huidige Participatiewet niet gehonoreerd. Mensen in de bijstand mogen wel vrijwilligerswerk doen, maar dat komt naast de officiële re-integratieverplichtingen. Het is echter belangrijk om maatschappelijk werk ook als werk te gaan zien. Dat wordt passende participatie genoemd.
Meerdere routes naar passende participatie, stapsgewijs denken en uitvoeren: dat is de oplossing om de enorme kloof tussen mensen in de bijstand en de arbeidsmarkt te verkleinen. We verwachten nu dat mensen die kloof zelf overbruggen, maar het kabinet moet haar rol pakken om ook de arbeidsmarkt toegankelijker te maken. Daarvoor moet het kabinet erkennen dat participatie er voor iedereen anders uitziet.
Dit is een origineel bericht van Movisie
Ga naar alle berichten van deze organisatie.