Frieda Hunziker (1908-1966) - Een vitale wereld in kleur en vorm

30 APR 2024 17:24 | Simonis & Buunk Kunsthandel BV

In de permanente opstelling van het Stedelijk Museum in Amsterdam hangt een schilderij van Karel Appel naast een schilderij van Frieda Hunziker. Een sterker beeld van het belang van de in 1966 overleden Hunziker kan niet worden gegeven. Hiermee heeft zij, mede als gevolg van de recente belangstelling voor vrouwelijke kunstenaars zoals Jeanne Bieruma Oosting, de toonaangevende plaats in de Nederlandse naoorlogse kunst gekregen die haar toekomt. Wim Hazeu, biograaf van onder meer M.C. Escher, Lucebert en Paul de Lussanet en schrijver van een monografie van Hugo Claus, verdiepte zich in leven en werk van Frieda Hunziker. Het resultaat is het verhaal van een vrouw die kleuren deed gloeien en een vormentaal vond die uniek wordt genoemd. Van jongs af aan geeft zij blijk van artistieke talenten en een sterke eigenheid en ambitie, waardoor zij in haar tijd niet onopgemerkt bleef. Maar na haar dood raakte zij in de overwegend mannelijke kunstenaarswereld op de achtergrond. Vanaf 7 juni 2024 besteedt Simonis & Buunk in Ede met een tentoonstelling aandacht aan Frieda Hunziker. Met meer dan 70 werken, direct afkomstig uit de familie, volgen we Frieda’s ontwikkeling vanaf de oorlogsjaren tot aan haar laatste schilderij. Veel schilderijen zijn niet eerder getoond en komen nu voor het eerst in de verkoop.

Dat deze vrouw wist waar ze voor stond, blijkt wel uit het groepsportret van schilders met hun werk dat fotograaf Paul Huf in 1957 maakte. In het park van Kasteel Nijenrode poseren 15 belangrijke mannelijke schilders met hun overwegend figuratief werk en 1 vrouw, pontificaal in het midden, met een groot abstract schilderij: Frieda Hunziker. Tekenen was voor de in Amsterdam geboren kunstenares al vroeg een passie. Als klein en levenslustig kind tekende zij op alles wat binnen haar bereik kwam, op de mahoniehouten tafel, in fotoalbums of op de muren van de kamer. Zoals bij veel kunstenaars was haar vader niet enthousiast over het studieadvies dat haar onderwijzeres haar gaf om een kunstopleiding te gaan volgen. In plaats daarvan werd het de Industrieschool voor Vrouwelijke Jeugd, waarna zij met 16 jaar zich uit eigen beweging inschrijft voor het Rijksinstituut voor Tekenleraren. Ze krijgt een baan als lerares tekenen op de Haarlemse Huishoudschool, maar wordt in 1934 na haar huwelijk met Frits Swart ‘eervol ontslagen wegens huwelijk’. Frieda is dan op 25-jarige leeftijd fulltime kunstenaar en bouwt de zolder om tot atelier, ‘werkplaats’ in haar woorden. Ze maakt reizen naar Italië en Frankrijk, waar ze bevriend raakt met Frans en Willy Boers, en ziet de grote Cézanne-tentoonstelling in Musée de l’Orangerie in Parijs. De kring van kunstenaars waarin ze zich in Nederland in begeeft wordt steeds groter, tot onvrede van haar man, die haar schilderen niet serieus neemt en de invloed van haar artistieke vrienden afkeurt. Na zes jaren huwelijk en met een zoontje Frits van 3 jaar scheiden de twee en Frieda legt zich volledig toe op dat wat ze het liefste doet: tekenen en schilderen.

In de oorlog is Hunziker actief in het verzet. Ze verbergt onderduikers in haar atelier en zorgt voor onderdak voor joodse kinderen. Vriend Ger Gerrits vervalst persoonsbewijzen waar Eva Besnyö de pasfoto’s voor maakt. Het groeiende begrip dat na de oorlog voor abstracte kunst ontstaat, moet Frieda als een verademing hebben gevoeld. Ze zoekt in haar werk steeds meer naar harmonie en evenwicht in compositie, vorm en kleur. Bijna als vanzelf ontstaat Vrij Beelden, de eerste groep kunstenaars in Nederland die na de oorlog streeft naar een meer abstracte, vrije manier van schilderen. Van de veertien kunstenaars die zich aansluiten is zij de enige vrouw. De groep exposeert in april 1946 al in het Stedelijk Museum en vanaf dan zijn er regelmatig tentoonstellingen met abstracte kunst waarin Frieda met werk vertegenwoordigd is. Het is jhr. Sandberg, directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam, die Frieda alle gelegenheid gaf om bij hem te exposeren. Hij bemiddelde ook voor tentoonstellingen in Parijs, Antwerpen, Duitsland en Zuid-Amerika en geeft haar een functie binnen de staf van het museum als gids. Haar rondleidingen zijn niet onomstreden door haar uitgesproken liefde voor de moderne, abstracte kunst. Ze schrijft aan de directie van het Stedelijk: “Vooral toen ik in de zaal van de moderne stromingen uitleg gaf, waren de hatelijke en kritische opmerkingen over werk en schilders niet van de lucht. Men schold hen uit voor parasieten en steuntrekkers (…). Op een gegeven ogenblik werd ikzelf (…) op zeer incorrecte wijze in mijn werk gehinderd. Hij onderbrak de rondleiding en vroeg op opgewonden toon, wie mij opdracht tot deze rondleiding had gegeven. Kennelijk was het de bedoeling een ‘rel’ te ontketenen en mij het rondleiden onmogelijk te maken. Ik moge hierbij opmerken dat, wanneer ik tijdens de rondleiding de hulp had ingeroepen van een der museumbeambten om de onruststokers te verwijderen, de ‘rel’ een feit zou zijn geworden.” Ook over Karel Appel werd zo gedacht. “Als ge per se meent cultuur te moeten brengen in Nederland met dit geklodder, geklets, en gekwast, allez! Maar niet in zalen van ons eens zo respectabel en representatief Stedelijk Museum”, schreef Het Vrije Volk omstreeks 1950. In deze sfeer werd Hunziker gevraagd om haar oordeel en ze verdedigt die onverbloemd: “Ik geloof dat Karel Appel te vergelijken is met een figuur als Vincent van Gogh. De spanning vliegt van de schilderijen af.”

Het werk van Frieda Hunziker toont haar liefde voor kleur en structuur. Van de onder invloed van het kubisme vereenvoudigde composities tot en met haar latere werk. Daarin bewegen alle denkbare kleurencombinaties door elkaar. Zij laat de kleuren oplichten in een weloverwogen, krachtige vormentaal die uniek mag worden genoemd, waarbij de kleur dienstbaar is aan de vorm. Na de recente tentoonstelling in het Stedelijk Museum Schiedam, waar de nadruk lag op het werk dat ze maakte tijdens haar verblijf op Curaçao, is het nu tijd om de kennis over Frieda Hunziker en haar werk te verbreden en te verdiepen. Van het vroegste werk uit 1941 tot haar laatste schilderij, dat ze twee weken voor haar dood voltooide met hulp van zoon Frits. Alle werken zijn te koop en komen van de erven. Frieda zei: “Mijn werk moet hangen!”

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Teo van den Brink, teo@simonis.nl / 0318-652888. Wim Hazeu staat open voor interviews over zijn onderzoek naar het leven van Frieda Hunziker. De opening van de tentoonstelling is op vrijdag 7 juni 2024 om 17:00 uur.

Meer binnen de rubriek Kunst en cultuur