Peter Abelskamp
Aanleiding:
Topman UWV waarschuwt politiek: voorkom dezelfde fouten als bij toeslagenaffaire | NPO Radio 1
De 60-plusmaatregel bij het UWV wordt niet meer verlengd. Dat betekent dat zieke 60-plussers vanaf 2025 weer gekeurd worden door UWV-keuringsartsen in plaats van arbeidsdeskundigen. Dit terwijl het UWV ook nog aan de vooravond staat van een flinke hersteloperatie nadat het jarenlang verkeerde bedragen uitkeerde aan arbeidsongeschikten. Het stopzetten van de maatregel is nadelig voor het UWV én voor werkgevers die eigenrisicodrager zijn.
In oktober 2022 besloot toenmalig minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Karien van Gennip dat het oordeel van een arbeidsdeskundige voldoende was voor 60-plussers: er hoefde geen UWV-arts meer te keuren. Deze zogenoemde 60-plusmaatregel moest bijdragen aan het terugdringen van werkachterstanden bij UWV. Die achterstanden zijn nog altijd groot, maar de maatregel wordt niet meer verlengd.
Eigenrisicodragers zijn de klos
Het stoppen van de maatregel zorgt niet alleen voor langere wachtrijen. Het zorgt er ook voor dat werkgevers die eigenrisicodrager zijn diep in de buidel moeten tasten. Een zieke werknemer krijgt in principe twee jaar loondoorbetaling van een werkgever en vraagt daarna een uitkering aan bij het UWV. Maar loondoorbetaling werkt anders als een werkgever eigenrisicodrager is. Diegene betaalt het salaris dan tien jaar door én is verantwoordelijk voor de re-integratie. Hoe langer een zieke werknemer op een uitkering moet wachten, hoe langer de werkgever doorbetaalt en hoe hoger de kosten.
Omdat een deskundig oordeel van een arts niet nodig was kregen 60-plussers in 2023 sneller een uitkering toegekend. Hierdoor hoefden eigenrisicodragers het salaris na twee jaar ziekte niet langer door te betalen. Met het stoppen van de 60-plusmaatregel wordt deze periode weer langer en de kosten dus hoger. Het kost een werkgever in totaal zo’n € 150.000 als een 60-plusser 80 tot 100 procent arbeidsongeschikt wordt verklaard.
Bedrijfsartsen
Het aantal bedrijfsartsen is – net als het aantal UWV-keuringsartsen – schaars. Het lijkt dus niet logisch om hen de extra taak van een medische keuring te geven. Maar met een kleine extra tijdsinvestering kan de wachtrij bij het UWV flink omlaag. Dat zit zo. In de eerste twee jaar na ziekmelding begeleidt een bedrijfsarts een zieke medewerker bij de re-integratie. Die arts heeft dus goed zicht op de mate van arbeidsongeschiktheid. Vraagt de medewerker na die twee jaar een uitkering aan, dan doet de UWV-keuringsarts het werk van de bedrijfsarts eigenlijk opnieuw. Dat kost onnodig veel extra tijd en is daarmee verre van efficiënt.
Dit is een origineel bericht van Marsh
Ga naar alle berichten van deze organisatie.