'Woningmarkt blijvend veranderd door corona: bouwen buiten de stad belangrijker dan ooit'

Precies vijf jaar geleden verklaarde de Wereldgezondheidsorganisatie COVID-19 officieel een pandemie. Sindsdien is de woningmarkt blijvend veranderd. Vanaf 2020 stegen de huizenprijzen buiten de Randstad sneller dan in stedelijke gebieden. Door de coronamaatregelen groeide de behoefte aan meer ruimte, terwijl thuiswerken ervoor zorgde dat mensen verder van hun werk konden gaan wonen. Regio’s buiten de Randstad werden plotseling populairder. Toch blijft de woningbouw daar nog sterk achter op de vraag, waardoor het woningtekort ook in deze regio’s alleen maar verder toeneemt. 

In de coronaperiode zagen we extreme verschuivingen op de woningmarkt. Thuiswerken en de behoefte aan meer ruimte maakten regio’s buiten de Randstand ineens aantrekkelijker en versnelden de prijsstijgingen in provincies als Groningen, Drenthe, Zeeland en Flevoland. Groningen (+11,3 procent in 2020) en Drenthe (+13,3 procent) waren uitschieters, terwijl Noord-Holland juist achterbleef. Dit was opvallend, omdat vóór de pandemie juist de Randstad de sterkste prijsstijgingen kende.

Hoewel de trek uit de Randstad na corona afzwakte, blijft de impact ervan zichtbaar in de prijsontwikkelingen buiten de grote steden. In 2024 stegen de huizenprijzen in Drenthe en Groningen met respectievelijk 9,9 en 9,1 procent bóven het landelijk gemiddelde. Dit onderstreept het belang van voldoende woningbouw in zowel stedelijke als regionale gebieden. Nu meer mensen op zoek zijn naar ruimte kan een extra versnelling in de bouwproductie in de regio de druk – zowel binnen als buiten de Randstad – verlagen.