De afgelopen maanden zag Stichting Achmea Rechtsbijstand het aantal zaken over grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer meer dan verdubbelen. Van 32 zaken in het jaar 2020, 33 zaken in het jaar 2021 heeft de juridisch dienstverlener de eerste helft van dit jaar al meer dan 85 hulpvragen ontvangen.
Het onderwerp grensoverschrijdend gedrag is de afgelopen maanden natuurlijk volop in de media (#metoo). Dit ziet Stichting Achmea Rechtsbijstand (SAR) ook terug in het aantal hulpvragen van klanten in de eerste helft van 2022. Jurist arbeidsrecht Laura Vermeulen: ‘Wat mij opvalt is dat dit onderwerp bij veel werkgevers hoog op de agenda staat. Deze zaken spelen dan ook in verschillende sectoren, binnen grote en kleine bedrijven en ook op allerlei niveaus. In mijn praktijk zie ik dat het vaak gaat om een anonieme melding over grensoverschrijdend gedrag. Veel werkgevers reageren hier heel snel op, werkgevers zijn bijvoorbeeld bang voor reputatieschade.
Hoe verloopt het vanaf de melding?
Meestal wordt dan een schorsing van de collega die beschuldigd wordt besproken om in de tussentijd de omstandigheden van de melding uit te zoeken. Deze werknemer wordt dan naar huis gestuurd en hoeft voor een periode niet te werken. Het salaris moet dan wel worden doorbetaald. Er volgt dan een onderzoek naar de melding.
Vaak buigt een extern onderzoeksbureau of een klachtencommissie zich over de melding
Door meerdere interviews met medewerkers van het bedrijf wordt onderzocht wat de aard van de melding is, of deze juist is en wie een verwijt te maken valt. Onderdeel van de procedure is dat hoor en wederhoor plaatsvindt. Het blijkt voor medewerkers vaak erg belangrijk, zowel juridisch als emotioneel, om ook hun kant van het verhaal te belichten.
Na een aantal weken is het onderzoek klaar
De werkgever ontvangt dan het onderzoeksrapport en neemt op basis hiervan een beslissing over de situatie. In het geval van een klachtencommissie komt deze commissie tot een oordeel. Dit oordeel wordt toegezonden aan de klager, de beklaagde en bijvoorbeeld de Raad van Bestuur of de leidinggevende. De Raad van Bestuur of leidinggevende neemt vervolgens, met het oordeel van de klachtencommissie in de hand, een arbeidsrechtelijke beslissing.
Verschillende uitkomsten zijn dan mogelijk
Een melding kan ‘oneigenlijk’ zijn, dit betekent dat de melding niet wordt bevestigd door het onderzoek. Een andere mogelijke uitkomst is een officiële waarschuwing. De medewerker wordt dan gewaarschuwd voor zijn of haar gedrag en bij nog een melding volgt ontslag. Als de uitkomst van het onderzoek de melding bevestigt, dan kan er ontbinding van het dienstverband bij de kantonrechter worden gevraagd, oftewel ontslag. Ook een ontslag op staande voet is mogelijk. Dan moet wel sprake zijn van dringende redenen. Een werkgever probeert vaak om voor de start van een procedure er samen uit te komen met een beëindigingsovereenkomst.’
Dit is een origineel bericht van Stichting Achmea Rechtsbijstand
Ga naar alle berichten van deze organisatie.