De coronapandemie had in 2020 forse gevolgen voor de bedrijfsvoering van de sociale werkbedrijven. Desondanks konden door gerichte maatregelen veel medewerkers aan het werk blijven. Vaak essentieel werk: in het groen, de afvalinzameling, de schoonmaak of in de wasserij. Voor veel mensen in de Participatiewet die ondersteuning nodig hebben bij het vervullen van een baan was het perspectief minder gunstig. De nieuwe instroom vanuit de Participatiewet liep fors terug. Dat is zorgelijk, omdat veel van hen niet zelfstandig aan het werk komen. In tegenstelling tot de achterliggende jaren compenseerde de instroom vanuit de Participatiewet niet langer de uitstroom vanuit de Wsw. In 2020 heeft de realisatie van de inclusieve arbeidsmarkt daardoor een pas op de plaats gemaakt. Dat blijkt uit de sectorinformatie 2020 die Cedris, de vereniging voor een inclusieve arbeidsmarkt, heeft gepubliceerd.
De sectorinformatie 2020 geeft een cijfermatig beeld over het afgelopen jaar. Daarmee wordt zichtbaar wat de financiële situatie is van de sociale werkbedrijven, maar het geeft ook een beeld hoe de arbeidsmarkt zich voor mensen met een ondersteuningsbehoefte in 2020 heeft ontwikkeld.
Financiële situatie
Mede dankzij de corona-compensatie over 2020 blijft het financiële resultaat in de sector beperkt tot € 132 miljoen negatief. Nog altijd een fors verlies, maar het komt ongeveer overeen met het bedrag waarmee, voordat corona uitbrak, rekening werd gehouden. Daarmee is duidelijk dat de ontvangen corona-compensatie adequaat was. Met deze steun slaagde de sector erin de dienstverlening op niveau te houden. Dat is fijn, maar ook noodzakelijk om de komende jaren een inhaalslag te kunnen maken en meer mensen vanuit de Participatiewet naar werk te begeleiden. Dat is niet alleen maatschappelijk gewenst, maar ook economisch noodzakelijk. De huidige situatie op de arbeidsmarkt dwingt tot het mobiliseren van alle beschikbare arbeidskrachten. Dus ook de mensen die bijvoorbeeld ondersteuning van een jobcoach nodig hebben, of aangewezen zijn op een beschutte werkomgeving. ‘Onze sector kan bedrijven die nu en in de toekomst kampen met grote personeelstekorten, helpen bij het invullen van veel van deze vacatures. Zo werken we samen aan het versterken van de inclusieve arbeidsmarkt, een arbeidsmarkt voor iedereen’, aldus Job Cohen, voorzitter van Cedris.
Flexibiliteit
De coronacrisis heeft ook de flexibiliteit van de sector zichtbaar gemaakt. In reactie op bijvoorbeeld de urgente vraag naar mondkapjes en ander beschermingsmateriaal hebben sociale werkbedrijven een fors deel van de benodigde productie kunnen leveren. Job Cohen: ‘Veel werknemers zijn noodgedwongen bij ander werk ingeschakeld. Voor veel van deze werknemers was dat spannend en een forse stap. De opstelling van deze medewerkers en de wijze waarop dit binnen de bedrijven is begeleid verdienen een groot compliment’.
Ontwikkeling inclusieve arbeidsmarkt
Het aantal mensen dat werkt binnen de kaders van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) nam in 2020 met 5.200 personen af, van 77.700 naar 72.500 medewerkers. Hiertegenover staat een kleinere instroom van iets minder dan 4000 mensen die, met inzet van loonkostensubsidie, vanuit de Participatiewet en de regeling beschut werk aan het werk is. De baankansen voor mensen met een ondersteuningsbehoefte zijn het afgelopen jaar dus niet groter geworden, maar zelfs afgenomen.
Het is daarom belangrijk dat in 2021 en verdere jaren de dienstverlening vanuit de sociale werkbedrijven kan worden gecontinueerd en uitgebreid. De arbeidsmarkt vraagt erom en de mensen staan te wachten.
Dit is een origineel bericht van CEDRIS
Ga naar alle berichten van deze organisatie.