Dit is een expertquote van Maureen Ros, specialist beweeggedrag, Kenniscentrum Sport en Bewegen.
U kunt dit bericht, of delen hiervan gebruiken op uw kanalen, met vermelding van de naam van de expert en organisatie. Aanleiding: Nieuwe richtlijnen tegen obesitas: buikomvang meten
Er zijn nieuwe richtlijnen vanuit artsen en andere zorgverleners voor het aanpakken en voorkomen van obesitas. Partnerschap Overgewicht Nederland (PON) komt met nieuwe inzichten over de gezondheidsrisico’s. Binnen de nieuwe richtlijn is een specifiek hoofdstuk gericht op bewegen. Men ziet het belang van bewegen steeds meer in, maar aandacht voor professionele begeleiding daarbij ontbreekt vaak nog.
Voldoende bewegen komt ieders gezondheid ten goede en speelt een belangrijke rol, met name voor mensen met obesitas. Zo geeft de nieuwe richtlijn aan dat bewegen noodzakelijk is om de fysieke conditie te verbeteren en een belangrijk onderdeel is om gewicht te verliezen. Daarnaast draagt bewegen bij aan een beter immuunsysteem en heeft het positief effect op emotioneel en sociaal vlak. Op het mentale vlak zorgt bewegen onder andere voor een uitlaatklep, verbeterde stressregulatie en voor afname van angstige en depressieve gevoelens.
Voor een gezonder gewicht adviseert de richtlijn om per week minimaal 150 tot 200 minuten ten minste matig intensief te bewegen, twee keer per week spier- en botversterkende activiteiten te doen en zitgedrag te verminderen. Dit komt overeen met de beweegrichtlijnen vanuit de Gezondheidsraad die gelden voor alle Nederlanders. Vervolgens geeft de nieuwe Richtlijn Obesitas aan dat voor het behoud van gewichtsverlies er 200 tot 300 minuten matig intensief per week beweging nodig is.
Mensen die weinig ervaring hebben met sport en bewegen moeten eerst barrières overwinnen om te gaan bewegen. Bewegen onder structurele begeleiding van bijvoorbeeld een buurtsportcoach gericht op het gedrag helpt deze barrières te verminderen, verbetert het lichamelijke kunnen en het zelfvertrouwen. En niet onbelangrijk: mensen beleven zo meer plezier aan het bewegen. Tot slot hebben mensen ondersteuning nodig bij het vinden van passend structureel sport- en beweegaanbod, met langdurige deelname en een actievere leefstijl als gevolg.
Een voorbeeld waar nog veel winst is te behalen is de Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI). Een GLI is een tweejarige aanpak naar een gezonde leefstijl die zich richt op een combinatie van gezonder eten, meer bewegen en duurzame gedragsverandering. Op dit moment ligt in de meeste GLI’s de focus momenteel voornamelijk op uitleg over het belang van bewegen en het beschikbare beweegaanbod, en niet zozeer het daadwerkelijk in beweging brengen van deelnemers. Mensen intensief begeleiden bij het sporten en bewegen leidt tot het behalen en behouden van veel gezondheidswinst.
Dit is een origineel bericht van Kenniscentrum Sport en Bewegen
Ga naar alle berichten van deze organisatie.