Meer dan 700.000 Rohingya-kinderen in heel Azië worden geconfronteerd met ernstige discriminatie. Hun meest elementaire rechten worden hen onthouden blijkt uit het rapport ‘No Safe Haven’ dat drie dagen voor Wereldvluchtelingendag uitkomt.
Myanmar erkent de Rohingya bevolking niet als staatsburgers, wat hun asielaanvragen in het buitenland bemoeilijkt en kinderen kwetsbaar maakt voor verschillende vormen van misbruik. Het rapport toont aan dat Rohingya-kinderen in Myanmar, Bangladesh, Maleisië, Thailand en Indonesië geen toegang hebben tot kwaliteitsonderwijs, gezondheidszorg en juridische bescherming. Daardoor kan er misbruik van ze gemaakt worden. Volgens het rapport fungeren buurlanden vaak niet als veilige haven, omdat de autoriteiten uit die landen de Rohingya-vluchtelingen behandelen als criminelen of hen letterlijk maandenlang op zee laten dobberen. De buurlanden gebruiken de corona-pandemie als voorwendsel om boten met vluchtelingen terug te duwen, migranten zonder papieren te arresteren en vast te houden en beperkingen op te leggen aan hulp.
Onno van Manen, directeur van Save the Children in Bangladesh: “Geef de kinderen hun burgerrechten, te beginnen bij het recht op een geboortecertificaat. Dit begint met het verlenen van het staatsburgerschap in Myanmar, maar het betekent ook dat ervoor moet worden gezorgd dat hun rechten als vluchtelingen in andere landen worden gerespecteerd. Geen ‘pushbacks’, de buurlanden hebben ook de macht en de verantwoordelijkheid om de rechten, veiligheid, waardigheid en menselijkheid van Rohingya die binnen hun grenzen leven te garanderen. Deze crisis duurt te lang en we willen niet een nieuwe generatie van staatloze en rechteloze kinderen zien opgroeien.”
Het verhaal van Hamid
De 15-jarige Hamid* verliet Bangladesh vorig jaar maart met zijn vader op weg naar Maleisië. Ze waren zeven maanden op zee voordat de boot landde in Atjeh, Indonesië. Kort voordat ze aan land kwamen, stierf de vader van Hamid, waardoor hij – toen 14 jaar oud – achterbleef zonder dat iemand voor hem zorgde. Later begon hij aan een gevaarlijke boottocht om zich bij zijn familieleden in Maleisië te voegen. Hij zei: “Toen mijn vader stierf op de boot, voelde ik me zo verdrietig en huilde ik veel. Nadat ik Indonesië had bereikt, miste ik hem zo erg, ik huilde drie maanden lang elke dag. Toen alle mensen van onze boot naar Maleisië -gingen , besloot ik met hen mee te gaan. Toen we in Maleisische wateren aankwamen, werd ik door de politie gearresteerd. De politie heeft mij en de andere Rohingya's aangehouden. Ik maakte me zorgen om mijn veiligheid. Ik was bang voor een lange tijd opgesloten te zitten. Na twee weken droeg de politie ons over aan UNHCR [de VN Vluchtelingenorganisatie].”
Anti-Rohingya-sentiment
Rohingya-meisjes en -jongens die buiten Myanmar wonen, vertelden Save the Children dat ze bang zijn om hun huizen te verlaten voor het geval ze worden vastgehouden en als ‘illegale immigranten’ worden gedeporteerd. Het anti-Rohingya-sentiment in de buurlanden maakt de kinderen kwetsbaar voor mensenhandel, kinderarbeid en kindhuwelijken. Discriminatie, soms online en in de media verspreid door staatsfunctionarissen bedreigen de veiligheid van kinderen.
Van de minstens 700.000 Rohingya-kinderen in Azië wonen de meesten buiten hun thuisland, Myanmar. Er zijn nog zo'n 234.000 Rohingya-kinderen in de staat Rakhine in Myanmar, van wie er ongeveer 69.000 opgesloten zitten in vervuilde kampen. Allen zijn onderworpen aan strenge beperkingen op hun bewegingsvrijheid. De meerderheid van de gevluchte kinderen – bijna een half miljoen - wonen in Bangladesh. Maleisië herbergt meer dan 100.000 Rohingya-vluchtelingen, van wie ongeveer een kwart naar schatting kinderen zijn. Thailand (3.000-15.000) en Indonesië (enkele honderden) herbergen de kleinste Rohingya-populaties van de vijf landen, zonder exacte schattingen van het aantal kinderen.
De onstabiele situatie in Myanmar maakt een veilige terugkeer voor de honderdduizenden Rohingya-vluchtelingen niet erg waarschijnlijk.
*Naam gewijzigd om identiteit te beschermen
Dit is een origineel bericht van Save The Children Nederland
Ga naar alle berichten van deze organisatie.