Sophie Kraaijeveld
Aanleiding:
Canadese belegger krijgt bijna zevenduizend Nederlandse woningen niet verkocht
Een te kleine vrije sector huurmarkt is slecht voor een goed functionerende woningmarkt. Niet iedereen kan of wil een woning kopen en de wachtlijsten voor sociale huur zijn lang. De huurmarkt is momenteel aan het krimpen en dat komt met name door inmenging van de overheid. Door de onzekere overheidsregulering in Nederland willen beleggers van huurwoningen af.
De Canadese belegger Eres kijkt nu naar de mogelijkheid van uitponding - dit is het verkopen van huurwoningen aan nieuwe eigenaren die er zelf gaan wonen - van 6900 woningen. Het verkopen van lege huurwoningen aan gebruikers komt in plaats van deze te verkopen als verhuurde woning aan een andere belegger. Dat betekent dat deze woningen verschuiven van de huurmarkt naar de koopmarkt.
Onzekere overheidsregulering
Al twee jaar hangt de “Wet op de betaalbare huur” in de lucht die de huren zal laten dalen. Beleggers krijgen de woningen hierdoor niet verkocht aan een nieuwe verhuurder. De nieuwe verhuurder krijgt namelijk niet alleen te maken met de lagere toegestane huurprijzen, maar ook met de gestegen overdrachtsbelasting. Deze belasting is in de afgelopen jaren gestegen naar 10,4 procent van de koopsom. Door deze stijging is het steeds moeilijker geworden voor verhuurders om een acceptabel rendement te maken.
Dat er nu zoveel woningen verschoven gaan worden van de huurmarkt naar de koopwoningenmarkt is slecht nieuws voor iedereen die aangewezen is op huurwoningen. De vrije sector huurmarkt functioneert als smeerolie. Mensen die nog niet klaar zijn voor een koopwoning zoals samenwoners en studenten of mensen die met spoed een woning zoeken (gescheiden ouders bijvoorbeeld) zijn veelal aangewezen op vrije sector huurwoningen. Voor hen is er nu nog minder kans op een geschikte woning.
Dit is een origineel bericht van ING
Ga naar alle berichten van deze organisatie.